Posts tonen met het label Baertsoen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Baertsoen. Alle posts tonen

vrijdag 30 september 2022

Baertsoen, Veergrep

Originele titel FR

Originele titel onbekend [Cité ouvrière Veergrep, Gand]

Originele titel NL

Originele titel onbekend [Beluik Veergrep, Gent]

 

E.1884-1885/06

Periode: 1880-1889

Jaar ca. 1884-1885

Type Ets

Techniek

Ets

Afmetingen plaat h x b

250 x 170 mm

Afmetingen beeld h x b

245 x 165 mm

Familiearchief Baertsoen



Baertsoen, Beluik Veergrep, Gent (1884-85)

vrijdag 19 februari 2021

De Bosschere:

 De Bosschere (J.D.B.), J. (1917). Exhibition of Belgian art for the benefit of the Croydon general hospital. The art gallery, Octob.-Novemb.1916. Onze Kunst, 16, 33–34. https://www.dbnl.org/tekst/_onz021191701_01/_onz021191701_01.pdf


Het ‘Kolossal!’ van De Bruyckeris een der acht wonderschoone werken die hij tentoonstelt. Wij zijn voornemens een afzonderlijke studie aan zijn werk te wijden.




dinsdag 24 november 2020

Baertsoen; Zuivelbrug

 

Albert Baertsoen  Zuivelbrug  in Gent

Albert Baertsoen (1866-1922), the Zuivelbrug in Gent, ca. 1910-1914, an important charcoal drawing, unsigned, charcoal on paper laid down on canvas , 70 x 74 cm (day measure). dimensions with oak frame 74 x 78 cm (unexamined out of frame). This drawing gave way to the making of an etching by the artist. Formerly in the collection of Georges Buysse (Sint-Martens-Latem). This drawing was exhibited in the important retrospective of Baertsoen in the Museum of Fine Arts in Gent in 1972-1973 (cat. no. 92)

Periode 1900-1920

Grootte: Medium

 

 


 

dinsdag 23 juni 2020

Baertsoen Delvin Den Duyts


Retrospectieve Albert Baertsoen (1866-1922), Jean Delvin (1853-1922), Gustave Den Duyts (1850-1897) - Verkoopstentoonstelling.
(van 27/11/15 tot 31/12/15).

Galerie St-John nodigt u uit drie invloedrijke schilders uit het einde van de 19de en het eerste kwart van de 20ste Eeuw te (her)ontdekken: Albert Baertsoen (1866-1922), Jean Delvin (1853-1922) en Gustave Den Duyts (1850-1897). Een retrospectieve tentoonstelling brengt de werken van deze grootmeesters opnieuw in de actualiteit. In ongeveer 100 werken wordt getoond hoe deze kunstenaars omgingen met de veranderingen in de kunst van het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw en hun plaats veroverden binnen het (post-) impressionisme. Schilderijen, aquarellen en pastels, schetsen en tekeningen, worden aangevuld met eigentijdse documenten en foto’s. Ook het belangrijke grafische oeuvre van de kunstenaars wordt niet over het hoofd gezien.

Vandaag lijkt het alsof deze grootmeesters in de schaduw staan van enkele individuen. Toch speelden zij een beslissende rol in de grote vernieuwing binnen de Belgische en Europese kunst. Jean Delvin was bijvoorbeeld lid van de avant garde kunstenaars vereniging ‘Les XX’ en Albert Baertsoen en Gustave Den Duyts werden in het buitenland algemeen beschouwd als leiding- en richtinggevend binnen de Europese kunst. Van de drie kunstenaars bevinden zich werken in belangrijke musea over de hele wereld. Hun werk wordt in navolging van de groeiende interesse voor de alternatieve schilderkunst uit het fin-de-siècle, opnieuw naar waarde geschat. Deze tentoonstelling vormt hierin een schakel.

De selectie van werken die te zien is in de galerie werd in de loop van de laatste 10 jaar samengebracht. Er zijn werken die niet meer in het openbaar werden getoond sinds de belangrijke retrospectieven van Jean Delvin in 1922 of Albert Baertsoen in het MSK Gent in 1973. Andere werken werden door de vorige eigenaars rechtstreeks gekocht op de atelierveilingen van de kunstenaars (Den Duyts 1897; Baertsoen 1932, Delvin 1925,…) nog andere werken komen uit belangrijke privécollecties van kunstenaars (Georges Buysse, Anna De Weert) of uit historische verzamelingen (Jules De Smet-Gent, Rouché-Paris).
Als primeur exposeren we het verloren gewaande meesterwerk van Jean Delvin, illustraties voor Salammbô van Gustave Flaubert, dat bestaat uit 38 originele tekeningen die het oriëntalistisch-realistische verhaal illustreren. Delvin verkocht deze tekeningen nooit en toonde ze enkel aan een select publiek. Sinds zijn dood in 1922 waren de tekeningen niet meer te zien. Wij herontdekten deze unieke collectie tekeningen in 2014 en stellen ze nu voor het eerst tentoon.

Alle kunstwerken zijn te koop, worden kunsthistorisch geduid en worden verkocht met authenticiteitsgarantie.

Een catalogus zal ter beschikking zijn in de galerie en online, vanaf de opening van de tentoonstelling.

zondag 17 mei 2020

Etsers JDB


"Inderdaad was Jules de Bruycker in ons land veertig jaar lang de onbetwiste nummer één. Zijn tijdgenoten en eventuele concurrenten als etsers waren Rassenfosse (1862-1934), Baertsoen (1866-1922) en Waker Vaes (1882-1958), en - vanaf medio de jaren twintig - ook Floris Jespers (1889-1965), Jos Verdegem (1897-1957) en Joris Minne (1897- ). Ook Masereel (1889-1972) behoorde tot Jespers' generatie, maar hij was vooral houtsnijder. “ (Paul Huys).
Ons Erfdeel. Jaargang 38 · dbnl

vrijdag 3 april 2020

Baertsoen Vlaams


"Tenslotte hebben we het dagboek van Alida Wynanda Sanders van Loo. Zij is een uitgeweken Nederlandse journaliste en vindt België maar niets. Ze supportert dan ook volop voor de Duitsers en heeft een enorme bewondering voor hen. Haar dagboek vormt een neerslag van een persoonlijke oorlog waarin ze het doen en laten van zichzelf en haar omstaanders neerschrijft.Vier getuigen, vier verschillende visies, maar allemaal even bang voor wat gaat komen en allemaal een even groot slachtoffer van deze Grote Oorlog. "


·      thesis van Sylvia Van Peteghem
·       


A.W. Sanders van Loo (1913),
De wereldtentoonstelling te Gent
April-November 1913

Baertsoen (..)
Hij kende echter - o schande! geen Vlaamsch - of liever hij beweerde het niet te kennen, hoewel hij mij een vlaamsclien brief geschreven had. Te zonderlinger schijnt dit, waar Baertsoen in zijn kunst, zoo op en top, zoo geheel en doorkneed vlaamsch is, - om hem juist te kunnen beoordeelen bezoeke men Gent.

Gent is met Neurenberg, Brugge, Florence, Stockholm en Amsterdam een der heel mooie Europeesche steden, en zooals ik zei,
vooral voor den kunstenaar en den archeoloog van het hoogste belang, en vormt o.a. een onvergelijkelijk schoone lijn, langs de St-Baafs, het Belfort, de Lakenhal, de St-Niklaaskerk en langs 't Predikheerenklooster met de St-Michielskerk links, of wel rechts langs de mooie huizen op de Groenmarkt naar 't Gravenkasteel. 't Laatste met het Belfort, in den laatsten tijd op de meest oordeelkundige wijze gerestaureerd. - Gent heeft Baertsoen bezield. Hij kent er van alle hoekjes, straten, kaden en steegjes. Op de tentoonstelling was hij met het prachtige Dooi te Gent, Nacht op het Kanaal, twee gezichten van het kasteel van Laerne (thans met afbraak bedreigd), De Stille wateren van Gent, Avond op de Kaden, enz. - Niet minder door zijn etsen dan door zijn schilderijen is Baertsoen beroemd. Zij hebben een teederfluweelachtigen toets, zooals geen andere Belgische etser die bezit, Brangwyn in Engeland en Bauer in Holland komen hem nabij. Twee der beroemdste zijn zijn etsen van Krom en Recht Boomsloot te Amsterdam. Baertsoen was hier over echter maar slecht te spreken. Hij had vóor vijf uur s' morgens op moeten staan, eer de Joden met hun negocie in de straten waren, anders werd hij op vuile eieren en rotte appelen onthaald!
Op Baertsoen volge mijn oude vriend Edmond Verstraeten, die niets heeft van een Franskiljon, die op en top, van binnen en van buiten is een Vlaming, die met zijn blonden baard en leeuwenmanen iets van een apostel heeft, - de apostel van het licht...

Den 9den Augustus van dit jaar verrijkt met het mooie, door Z.M. den Koning onthulde zitbeeld der Van Eycken. Prachtig komt het lichte groen van het brons uit tegen 't teedere grijs van de kerk en 't groenere groen der slanke boomen. Hieratisch - eenigszins stijf-plechtig, zitten de broeders naast elkaar op een bank. Jan met een groot boek op den schoot, Hubert met zijn palet en ontvangen de bloemenbrengende hulde der volken. Enkele figuren daaronder zijn schoon, hoewel de modellen niet overal ,goed gekozen zijn - vooral de vrouw die tegen Hubert uitlost is goed. Aan de achterzijde staat een engel met een krans, dezelfde die den ingang van de eerezaal in de Belgische afdeeling bewaakte. Op den sokkel zijn in email de wapens aangebracht der verschillende landen, die aan de hulde der Van Eycken hebben deel genomen. Het is een werk van Verbanck, een 32 jarig Gentsch beeldhouwer, die mij welwillend bijgaande afbeelding van zijn monument heeft afgestaan Het is nog niet geheel voltooid, enkel de groep rechts is afgegoten, de linker is nog in plaaster, zooals men hier zegt.


dinsdag 24 maart 2020

Baertsoen: Huis

Op de hoek van de Coupure en de huidige Albert Baertsoenkaai (toen Bijlokekaai) bouwden de ouders van de schilder in 1889 een huis met atelier voor hem. De woning staat er nog steeds. Hij zag de binnenschepen op de Coupure, die daar in de Leie stroomt, met hun vracht voor de fabrieken en de industriële nijverheid in de vervuilde binnenstad.

De Verlorenkostbrug over de Leie, vlak voor zijn deur, verbond de Bijlokekaai met de Nederkouter met op de linkeroever de Lindenlei en aan de andere kant van de rivier de achterkant van de Nederkouter.

De Coupure trok op het einde van de negentiende eeuw rijke families aan die daar stijlvolle huizen optrokken. De Verlorenkostbrug werd vernieuwd en de straat verbreed. Oude panden moesten wijken voor mondaine paviljoenen die vlak aan de Leie-oever, aan de achterzijde van de Nederkouter werden gebouwd. Architect Georges Hobé verbouwde in 1907 Baertsoens huis, enkele jaren na de voltooiing van Dooi in Gent. Een ruim verlicht atelier met uitzicht op de Leie strekte zich uit over twee verdiepingen, anno 2019 verbouwd tot woonruimten.


maandag 16 maart 2020

Oscar Roelandts (Avanti)

 
 Oscar Roelandts schreef een boek over Baertsoen.



Baertsoen schrijft de kunstcriticus Roelandts (1874-1951).  "Een zijner eerste Gentsche doeken is van 1891. Het stelt een hoekje voor der Houtlei, wier eigenaardige schoonheid om allerlei, en vooral slechte redenen, werd verdelgd."
Roelandts, O., Albert Baertsoen, Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent, 1928









http://www.heruitgeverij.be/201ind.htm

In 1908 verscheen bij de Samenwerkende Volksdrukkerij "Een terugblik. Proeve eener geschiedenis der Gentsche arbeidersbeweging gedurende de XIXe eeuw" van Avanti (pseudoniem van Oscar Roelandts). Het boek start met de stichting van de eerste textielfabrieken te Gent door Lieven Bauwens en eindigt in 1906. Centraal staat de opkomst van de (socialistische) arbeidersbeweging, die uiteindelijk kristalliseert in de S.M. Vooruit. Opvallend is hoe Avanti, niettegenstaande hij deze studie in opdracht van de Vooruit schreef, een uitermate neutrale positie inneemt en ook de argumenten van de tegenstanders niet onvermeld laat. Tot de dag van vandaag blijft deze "proeve" hèt standaardwerk als men de Gentse arbeidersbeweging nader wenst te bestuderen. (842 blz., 25,25 euro - enkel te koop als ebook).  


[6] - In 1931 verschijnt een bijgewerkte heruitgave in drie delen van AVANTI. Auteur ervan is een jonge socialistische telegraafbediende, pseudoniem voor Oscar ROELANDTS (Gent 1874-1951). Dit vormt een eersterangs bron: “geschreven door een jongen die al de nodigen tijd had om alle archieven, al de boekerijen, al de verzamelingen te gaan doorsnuffelen en de ouden van dagen te ondervragen” zoals men in een prospectus schreef. Dit “Evangelie der wording van de Gentse sociaal-democratie” (Cit Vooruit) behoort tot de partijdige geschiedschrijving wat niet belet dat Henri Pirenne, het over het algemeen positief beoordeelt. In een Frans wetenschappelijk tijdschrift werd het afgekraakt als 'une hagiographie antérieure aux Bollandistes'. Zie VANSCHOENBEEK, Novecento in Gent.



Een Terugblik. Heruitgeverij



Index:
De Bruycker 563, 754  

vrijdag 3 januari 2020

Baertsoen

Grafiek uit de Gentse School: Baertsoen, Albert (1866-1922)
http://etsen3.blogspot.com/2014/12/blog-post.html

Zicht op Palfijn?

zondag 18 augustus 2019

Fritz van Loo





Fritz van Loo (Gent 1871 - 1957), graficus en impressionistisch schilder van portretten, landschappen en interieurs, studeerde aan de Academie van Gent bij o.a. Jean Delvin en Louis Tytgadt. Tussen 1921 en 1936 was hij conservator van het Museum van Gent. (checken)

 “Zoals Armand Heins twintig (!) jaar voor hem kon ook De Bruycker zich niet wenden tot de Gentse Academie, er was nog steeds geen cursus grafiek, en De Bruycker wendde zich tot de schilder en etser Fritz Van Loo. Heins had het ooit moeten leren uit een handboek van de Parijse uitgever Roret.”




Van Loo tekent een portret van JDB:






JDB:

“Un jour, ma flânerie me conduit au musée où je découvre une planche de Baertsoen. Ce fut une révélation. Mon emballement pour ce procédé fut soudain, irrésistible. Je me lançai chez Fritz Van Loo que je savais initié en cet art. El me donna ma première leçon. Son atelier était au ‘Pand’, rue de la Vallée. Encore un couvent désaffecté. (…) C’est là, de la fenêtre même de l’atelier de Fritz Van Loo, que j’ai gravé ma première planche: deux pignons de la ruelle que je voyais devant moi. Planche et épreuves ont disparu, probablement détruites. L’imprimeur Van Campenhout, le père -un père aussi pour les aquafortistes- voulant m’encourager, me fit don d’un petit cuivre, et c’est dans son atelier même que j’esquissai son portrait. A dater de ce jour, mon temps se partagea entre le dessin, l’aquarelle et l’eau-forte, celle-ci rongeant de plus en plus – comme fait l’acide sur la plaque – les heures consacrées aux autres.’’ (Uit Leroy p. 14) (zie bibliografie bij John)

donderdag 16 mei 2019

Jules De Cuyper



Alfons De Cuyper (Leuven, 1887 – Gent, 1950) volgde de lessen aan de Koninklijke Akademie voor Schone Kunsten te Gent, onder meer bij Jean Delvin.





Bij de aanvang van zijn schildersloopbaan in 1913 ondernam Alfons De Cuyper een studiereis in Italië. Hij reisde in het gezelschap van zijn klasgenoot Jules Verwest. Hij maakte er vele studies.

In Gent sprak hem vooral het pittoreske oude stadscentrum aan. Het is karakteristiek dat Alfons De Cuyper van meet af aan een voorliefde had voor dat Gentse kaaileven, met komen en gaan van mensen en paarden tegenover het decor van de Gentse woonhuizen en de silhouetten van de Gentse torens.


Zijn kunst evoceert de impressionistische romantisch-dramatische stadsgezichten van Albert Baertsoen met een identieke romantische ingesteldheid en de nadruk op de rust en het verstilde.

Baertsoen vatte een spontane sympathie op voor de jonge kunstenaar en bezocht Alfons De Cuyper regelmatig, gaf hem wenken en moedigde hem aan. Ook de Cuyper had een grote bewondering voor de kunst van Baertsoen.

Als de sneeuwgezichten van De Cuyper vol nevelige winterstemming aan Baertsoen herinneren, dan sluiten de meer zonnige stadsgezichten met de drukke markten en bloemenstalletjes meer aan bij het luminisme.

In de jaren veertig had De Cuyper ook een voorliefde voor oogsttaferelen waarin de goudglans van het koren en het trillend zonlicht als het ware een gloed tovert omheen de boeren en boerinnen, wagens en paarden.

Hij had zijn atelier in Het Pand in Gent. Hij gebruikte er de voormalige refter als tentoonstellingsruimte.

In 1924 werd Alfons De Cuyper benoemd tot leraar aan de Koninklijke Akademie voor Schone Kunsten te Gent.




Fruitmarkt Gent






Gent in de Sneeuw

dinsdag 16 april 2019

Abert Baertsoen


Beelden van Baertsoen op youtube.



Albert Baertsoen
KvdW schrijft: Hij is geboren en gestorven te Gent , zijne gevangenis . Zal ik hier weer schrijven over den stalen greep waarin Gent de geesten knelt ?
KvdW citeert uit een tijdschrift een uitspraak over JDB: "Il tourne dans la ville de Gand comme dans un cirque, dont il est à la fois le clown et le public".

Baertsoen, Oude Houtlei

"Een zijner eerste Gentsche doeken is van 1891. Het stelt een hoekje voor der Houtlei, wier eigenaardige schoonheid om allerlei, en vooral slechte redenen, werd verdelgd." (Albert Baertsoen door O. Roelandts).

Roelandts, O., Albert Baertsoen, Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Gent, 1928



Baertsoen, Dooi in Gent

Elke maand nodigen we bezoekers uit om een uur lang stil te staan bij één werk uit de MSK-collectie of de tijdelijke tentoonstelling. We lezen het werk als een tekst, en kijken naar de stijl, het onderwerp, de tijdsgeest…
We gaan met elkaar in gesprek over de mogelijke betekenissen die we in het werk denken te zien. Want kijken naar kunst is altijd een beetje kijken naar onszelf.
Op zondag 24 november 2019 om 14 uur gaat gids Valerie De Witte in gesprek met de groep over het schilderij van Albert Beartsoen: 'Dooi in Gent'.





Onze kunst; geïllustreerd maandschrift voor beeldende en decoratieve kunsten, jrg 16, 1917, Deel: XXXI, 1917 » 1917 - Pag. 89 | Delpher


   Er heerscht een schrijnende droefheid. Misschien is het smartelijker dan I3aertsoen’s gezichten van Gent. Maar hier past een ander woord. Zijn de werken van den schilder inderdaad met smart of droefheid gedrenkt, zooals die van Claus met hooge en teedere vreugde? Ik wil hier niet rechtstreeks op antwoorden. Ik merk alleen op, welke verlaten  hoekjes van Gent hij heeft gekozen. Hij kiest niet het centrum der oude stad, zooals de etser De Bruycker. Hij ontwijkt het levende hart der stad. Hij zoekt de stilte, hij verbant al wat gerucht maakt, zooals in het strenge doek van het Museum te Antwerpen.

Overal schijnt het water onbeweeglijk. Want er is water in haast alle doeken van Baertsoen. En dikwijls rust dat water in een groenen nacht. Twee doeken, nog in België geschilderd en verleden jaar te Londen tentoongesteld, vertonnen ons elk een schemering die alle dingen met zachte, groene nevels omhult: Nacht op een vaart te Gent en Avond weerschijnen. 

https://archive.org/stream/onzekunst31v32antw/onzekunst31v32antw_djvu.txt

Albert Baertsoen en Pierre
Paulus hebben beide krachtige evocalies gegeven van de bruggen in
Londen en geloond hoe zelfs iets, dat, als een reusachtige spoorslaaf,
het mooiste natimrbeeld verstoorl, toch worden kan lot een ding van
schoonheid. Komt hun de kracht daartoe geheel uit zichzelf? Uit de
oorlogsmachine, die hen van alle zijden tegendreunt? Uit het magistrale
voorbeeld, dat een Brangwyn en een Pennell hun in Engeland gaven?
Men vergete hierbij niet dat Albert Baertsoen van de tragiek, die samen-
gepakt ligl in zulke donkere gevaarten, al voor den oorlog iets voor-
gevoeld heeft, toen hij in de Luiksche mijnstreken werkte en dat
Pierre Paulus de uitbeelder was van het daverend geweld der werk-
huizen in het „zwarte land".

woensdag 28 november 2018

Heins Armand



Armand Heins (1856-1938)

Blogspot Geert Van Damme.



De lijn Heins-Baertsoen-De Bruycker

Een andere Gentenaar die we bij de Société des Aquafortistes Belges aantreffen was de schilder Albert Baertsoen. Hij was tien jaar jonger dan Armand Heins en liet zich op een bepaald moment ontglippen in een brief aan Alfred Bastien (in: L.H., 1973: 1): Aan Armand Heins ben ik veel verschuldigd, aan hem en aan Delvin... Baertsoen zal twee jaar na Heins' etsdebuut debuteren binnen de Brusselse kunstvereniging L'Essor en zoals Heins ontwikkelt hij een voorliefde voor het Vlaamse en Zuid-Nederlandse landschap en een grote voorkeur voor Gentse stadsgezichten, waarbij hij vooral doffe en warme tonaliteiten gebruikt die van hem een kenmerkende Vlaamse impressionist maken. Van Bartsoens Au bord de la digue maakte Heins in 1892 een etsversie, waarbij Bergmans (1915: 101) noteert: Reproduction d'une esquisse d'Albert Baertsoen, appartenant à l'aquafortiste, et où celui-ci a essayé d'interpréter la couleur et les coups de pinceau de son modèle. In hetzelfde jaar zal Heins dan nog Baertsoens La Tamise à Londres onder handen nemen.




Omstreeks 1890 begon Baertsoen zich ook te interesseren voor de etstechiek en (Nagels, 1995: 7) zijn dramatisch belichte, meestal met bisterbruine inkt gedrukte stadsgezichten zijn eerder opgevat als een schilderij dan als een ets. Laat nu net Heins, dixit Bergmans, hetzelfde geprobeerd te hebben op basis van het werk van Baertsoen. Een aantal van Baertsoens etsen waren in 1904 te zien in het Gentse Museum voor Schone Kunsten. Eén van de bezoekers was de 34-jarige Jules De Bruycker, die zich tot dan toe vooral met aquarel had bezig gehouden (Mussche, s.a. 16): Plots wordt dit voor De Bruycker, één van die oogenblikken, beklemmend en verrukkelijk meteen, die beslissen over het leven, één van die zeldzame momenten die in den grond geheel ons leven maken. Hij staat daar vóór hem als de openbaring van zijn taak; als de inspiratie, waarover Nietzsche gejubileerd heeft, en die den mensch geen keuze laat. Hij zal etser worden [...] omdat hij van dit zelfde uur af niets anders meer kan. Zoals Armand Heins twintig (!) jaar voor hem kon ook De Bruycker zich niet wenden tot de Gentse Academie, er was nog steeds geen cursus grafiek, en De Bruycker wendde zich tot de schilder en etser Fritz Van Loo. Heins had het ooit moeten leren uit een handboek van de Parijse uitgever Roret.

Stadsvernieuwing


Voor Braun was het Zollikofer-De Vigneplan maar het begin geweest. De doorsteek van het Zuidkwartier naar het centrum mocht dan wel verwezenlijkt zijn, in de praktijk liep het verkeer opnieuw vast in de stegen van het aloude hart van Gent. Op 13 mei 1896 spreekt hij zich hierover voor het eerst uit in een plenaire zitting van de gemeenteraad (in Capiteyn, 1988: 13): Ik heb slechts één wens: evenveel presteren als mijn voorganger, in zijn spoor wens ik verder te treden. Met dit doel bestudeer ik momenteel een project voor het vrijmaken van de Sint-Baafskathedraal, het Belfort en de Sint-Niklaaskerk. Wanneer ik daarin slaag, hoop ik dat men later van mij zal kunnen zeggen dat ik bijgedragen heb tot de ontwikkeling van de Gentse kunstzin en tot het behoud der Gentse monumenten. Hij is in dit opzet geslaagd en schonk zodoende Gent haar visitekaartje: het uitzicht vanop de Sint-Michielsbrug (gebouwd in 1905) op de drie torens. De Gentenaars waren hierover niet te spreken, spottend noemde men de brug de dromedarisbrug en een kunstenaar als Jules De Bruycker negeerde deze brug halsstarrig in zijn etsen (te dateren omstreeks 1928!) die de Sint-Niklaaskerk voorstellen gezien vanaf de Sint-Michielshelling. Armand Heins daarentegen werkte met volle teugen mee aan het 'plan Braun'.

dinsdag 7 augustus 2018

Pont Laitage Zuivelbrug

J.D.B. 102 PONT DU LAITAGE 1919 



Een spiegelbeeld van de werkelijk. In de realiteit staat het huis van Molens Goethals aan de rechterkant van het huis....


b






De Zuivelbrug is een brug over de Leie in Gent. De brug is onderdeel van de Zuivelbrugstraat die de Kraanlei en de rest van het Patershol via de Meerseniersstraat of het Grootkanonplein verbindt met de Vrijdagmarkt.
De naam verwijst naar de zuivelmarkt die vroeger met de verkoop van boter, eieren en kaas op de Vrijdagmarkt werd gehouden. De Meerseniersstraat heette toen nog de Suvelsteghe, de brug werd later aangeduid als de Suvelbrug.
De eerste naam van de toenmalige houten brug was evenwel van bij de bouw in de 13e eeuw tot 1476 de Boudinsbrug, naar Boudins, die in de Suvelsteghe woonde. Van 1363 tot 1426 werd de brug herbouwd, in steen. De doorgang van grotere schepen maakte dat er tussen 1751 en 1754 een draaibrug werd geplaatst die ook meermaals werd aangepast en hersteld. Tussen 1968 en 1987 kon de brug niet opendraaien. Op 1 juli 1987 werd een nieuwe metalen draaibrug ingehuldigd. In 2013 werd de plankenbodem vernieuwd en de brug terug door Waterwegen en Zeekanaal gerestaureerd.[1]


n






LDV: Uw foto is genomen vanop de zuivelbrug. De ets (hier wel degelijk i spiegelbeeld) is getekend vanop de kade naast het Groot Kanon met zicht op de zuivelbrug. Dat zijn appels en peren.
Maar terzake: op uw foto staat het gebouw van Molens Goethals rechts van het hoekgebouw, op de ets staat het er links van. Ik heb Molens Goethals met een rode stip aangeduid.











Albert Baertsoen (1866-1922), A view in Ghent or Pont du Laitage, Gand, charcoal on paper laid down on canvas, ca. 1901, 70 x 92 cm (day measure). An important preparatory drawing of the famous painting in the Brussels museum,

De Zuivelbrug in Gent (Baertsoen). Tekening (MSK):



zondag 5 augustus 2018

Veergrep(pe)

Ets VEERGREPPE // VIEILLE COUR EN FLANDRE 1906 (J.D.B. 017): 
(in musea als 'ets' aangeduid zonder meer)




RS: zie cartoonachtige figuurtjes 




 


Broodzakken

  Op de broodzakken bij een 100-tal bakkers in het Gentse prijkt vanaf morgen een reproductie van een werk van Jules De Bruycker en een QR-c...