Posts tonen met het label humor. Alle posts tonen
Posts tonen met het label humor. Alle posts tonen

zaterdag 9 januari 2021

Breugel

 
Detail

 

Dulle Griet or Mad Meg

This is another composition that is not for the fainthearted. Many of the details are reminiscent of Hieronymus Bosch (c. 1450-1516), and rather macabre. However, the painting is also infused with Bruegel’s sense of humour and his wit. Dulle Griet, for example, sports armour and brandishes a sword. A dagger dangles from her apron. For good measure, she is also carrying the ultimate weapon: a frying pan.
We do not know if Pieter Bruegel the Elder selected this subject matter or if this was a commission. We may assume that Bruegel was poking fun at the hierarchy between men and women.
He inverted the traditional gender roles prevalent in the Low Countries during the sixteenth century. This composition is not the only one in which he did so: Bruegel also produced countless illustrations of cunning women who are literally and figuratively wearing the breeches.

De humor bij Breugel. Belangrijk voor JDB.

 

woensdag 14 oktober 2020

Ensor & JDB: politiek


 
 
Ensor, België in de 19de eeuw (1889) ets
 

 

 

Koning Leopold II kijkt als  God de Vader naar een betoging die met militair geweld uiteengedreven word (zie de eisen: algemene dienstplicht, verplicht onderwijs en algemeen stemrecht). 

 

Ensor, Doctrinaire Voeding (1889) ingkeleurde ets 



 

Politiek thema: betogingen met slogans, bijvoorbeeld de ets België in de 19de eeuw (1889 )waarin dezelfde eisen als bij JDB te lezen vallen - maar bij Ensor verschijnt een karikatuur van Leoplold die zicht afvraagt waarover de mensen zich druk maken. Bijvoorbeeld de ets Doctrinaire Voeding (1889) waar opnieuw koning Leopold II verschijnt in het gezelschap van het leger en de bourgeoisie (de liberalen) en de kerk. Zij staan met een bloot gat te kijk en voeden het publiek met hun excrementen. ("In hun hand houden zij bordjes met daarop de eisen van het volk"). De etsen van JDB komen een kwart eeuw later. Er zijn gelijkenissen maar de humor van Ensor harder en geeft zeker meer aanstootgevend voor het grote publiek. Kortom, het verschil is samen te vatten als de politiek als een wrange komedie (Ensor) en de politiek als een vrolijke komedie.

 

vrijdag 17 april 2020

De Bruycker

Trouw » 11 maa 1967 - Art. 287 | Delpher



Jules de Bruycker
Jules de Bruycker is de minst bekende van deze vier kunstenaars. Hfl werd in 1870 te Gent geboren en overleed daar in 1945. Veel van zijn etsen zfln in deze stad gesitueerd. Men herkent de gebouwen, de pleinen en straten en toch is het alsof men geconfronteerd wordt met een bizarre sprookjeswereld, waarin de meest wonderlijke dingen gebeuren. Soms trekt de beschouwer in deze uitermate fantasierijke verbeeldingen typen aan die puur Bruegheliaans van conceptie lijken te zijn; anderszins kan hij zich plotseling in een kinderlijk pretpark als „De Efteling" wanen. De ironie, die de vroege prenten nog tekent loopt overigens in 1930 volkomen dood in gewilde grappigdoenerij.

zondag 30 september 2018

Silhouet karikatuur



OM TE LACHEN! DAUMIER, GAVARNI, ROPS : DE UITVINDING VAN HET SILHOUET.
Museum Rops (Namen) (24 september 2010 tot 9 januari 2011


In 1856 verschijnt het eerste nummer van het satirisch tijdschrift L’Uylenspiegel, journal des ébats artistiques et littéraires, dat Félicien Rops in het leven riep. 

Een jaar later al schrijft journalist Alfred Delvau:
«Blader in de collectie van de 'Uylenspiegel’ en u zal er een reeks lithoprenten in vinden die zonder te verbleken de vergelijking kunnen doorstaan met de beste tekeningen van Gavarni en van Daumier.»

Toch zal het bijna nog anderhalve eeuw duren tot een tentoonstelling deze drie getalenteerde karikaturisten onder één dak samenbrengt...

«Om te lachen: Daumier, Gavarni, Rops of de uitvinding van het silhouet» verkent de cynische, komische of tedere kijk van de drie kunstenaars op hun tijdgenoten... Van de hoepelrokken die over de Parijse voetpaden glijden tot de elegante en andere dames van lichte zeden... de sociale karikatuur spaart niemand. De burger, de volkse mens, de kunstenaars zelf moeten eraan geloven. Vooral de liefdesrelaties worden op de korrel genomen: de echtgenoot, zijn vrouw en haar minnaar, maar ook de echtgenote, haar man en de prostituee...

Kortom, hier wordt een bijna volledig panorama van de maatschappij in het begin
van de negentiende eeuw neergezet, onder de pennentrekken van deze scherpe tot zelfs wrange «schetsers». Het uiterlijk van de hoofdrolspelers is bijzonder goed bestudeerd en doet lachen. De lichamen, de kleding, de houding... alles draagt bij tot de uittekening van verrassende lichaamstypes: een silhouet krijgt vorm.

Honoré Daumier (1808-1879).  In 1816 vestigt hij zich met zijn ouders in Parijs. Hij werkt mee aan het blad La Caricature en zijn politieke spotprenten brengen hem zelfs in de
gevangenis. Hij werkt ook voor het Parijse dagblad Charivari, waar zijn zedentaferelen
erg aanslaan. Daumier is ook schilder, tekenaar en beeldhouwer. Hij sterft in Valmondois, op enkele kilometers van L’Isle-Adam, op 10 februari 1879.

Paul Gavarni (Parijs 1804-1866). Op zijn veertiende wordt hij toegelaten tot het Conservatorium voor Kunsten en Ambachten, waar hij machines leert tekenen. Hij maakt al snel karikaturen en modeschetsen. In 1833 brengt hij Le Journal des gens du monde uit, dat een jaar later al bankroet is. Daarna gaat hij werk en voor Le Charivari en L’Artiste. 

Broodzakken

  Op de broodzakken bij een 100-tal bakkers in het Gentse prijkt vanaf morgen een reproductie van een werk van Jules De Bruycker en een QR-c...