maandag 9 maart 2020

Sint-Barbara


Fin-de-siècleroman van Georges Rodenbach vertaald
In 1892 zette de Franstalige auteur Georges Rodenbach de Belgische literatuur op de wereldkaart met Bruges-la-Morte. Het beeld dat hij daarin ophing van de stad werd hem door de Bruggelingen niet in dank afgenomen. Vijf jaar later gooide hij olie op het vuur met Le carillonneur, een roman die nu eindelijk, na meer dan een eeuw, in het Nederlands is verschenen.
De auteur heeft nooit in Brugge gewoond. Hij kwam in 1855 ter wereld in Doornik en groeide op in Gent. Samen met Emile Verhaeren maakte hij er het Sint-Barbaracollege onveilig, waar ook Charles van Lerberghe, Maurice Maeterlinck, Grégoire le Roy en Franz Hellens hun broek hebben versleten. Maeterlinck zou later getuigen dat hij er de onaangenaamste ogenblikken van zijn leven had beleefd en Rodenbach klaagde steen en been over de paters jezuïeten: "Ach, die jaren waarin ze ons de liefde voor het leven hadden moeten bijbrengen, terwijl ze ons alleen maar vertrouwd maakten met de dood. Al te godsdienstig college, omgeven door een al te dode stad!''



De laatste Belgische literatuur
Van alle literaturen in België werd er ooit maar één een Nobelprijs waardig bevonden: de Belgische. Ze was het werk van in het Frans schrijvende Vlamingen.
Nooit deed een Belgische schrijver het beter dan de Gentenaar Maurice Maeterlinck. In 1911 mocht hij de Nobelprijs voor literatuur gaan ophalen. Maar niet bij al zijn landgenoten zwol de borst van trots. Drie jaar later plaatste de katholieke kerk zijn volledige werk op de index van verboden boeken. En dat voor een telg van de Gentse jezuïeten van het Sint-Barbaracollege!
Lees meer in De Standaard Online.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Heinrich Zille

  De Bruycker is perhaps to Ghent what the slightly older and more emphatically political artist Heinrich Zille was to Berlin. (Goddard: 27)...