woensdag 14 november 2018

Diableries (Wikipedia)


Zie de ets van JDB:  Diableries.


De term ‘diableries’ kan verwijzen naar duivelse daden en ook dus misdaden. De term Diableries wordt echter ook gebruikt voor een genre waarin duivels verschijnen als personages. De werken van Jheronimus Bosch (c. 1450-1516) en Pieter Bruegel (c. 1528-1569) zijn bevolkt met duivels, demonen en vreemde groteske figuren waarin het kwade verbeeld en gepersonifieerd wordt. Ook James Ensor krijgt een plaats in die traditie. Het genre wordt gelinkt aan school van het groteske of diableries. En die worden dan geplaatst binnen een traditie van de karikatuur die als een oervorm van de kunst wordt beschreven. Op het einde van de negentiende eeuw groeit die aandacht voor de karikatuur als genre. Zo schreef Champfleurie – pseudoniem van Jules François Félix Husson (1821-1889) - Histoire de la caricature (1865 en 1880). Dit overzichtswerk was een belangrijke inspiratiebron voor James Ensor. Kortom, er kwam een revival voor het karikaturale als antwoord op de oorlog die ervaren wordt als een groteske vertoning. 



‘Les Diableries’ is ook de titel van een reeks foto’s die in 1860 in Parijs verscheen. Het gaat om de stereoscopische foto’s ook wel stereoviews genoemd. De kijkers kregen een 3D effect. De vignettes toonden scènes uit het dagelijks leven in de hel en hadden vaak een satirisch karakter met kritiek tegen de corruptie en decadentie in Parijs gedurende de Tweede Empire. De duivel wordt populair als thema bij de Parijs karikaturisten, Gavarni tekende ‘diableries’. Verder beginnen verschillende kunstenaars ook te experimenteren met projectes (bijvoorbeeld Grandville en Daumier). Het zou dus kunnen dat JDB naar dit genre verwijst gezien hij het werk van de vermelde kunstenaars sinds zijn jeugdjaren kent.


















Les Diableries is the title of a series of stereoscopic photographs published in Paris during the 1860s.[1] The photographs, commonly known as stereoviews, portray sculpted clay vignettes which depict scenes of daily life in Hell. Much of the subject matter was satirical and mirrored the corruption and excess of Paris during the Second Empire. Napoleon III’s authoritarian rule was repeatedly the subject of criticism, as was the decadent lifestyle of the bourgeoisie.[2]

Creation and publication

At least three sculptors are known to have created vignettes for the series: Louis Alfred Habert, Pierre Adolph Hennetier, and Louis Edmond Cougny.[3] The series was originally published by Francois Benjamin Lamiche but was later taken over and expanded by the publisher Adolph Block.[4] A total of 72 scenes were published by Block. Many similar stereoviews, though of lesser quality, were subsequently published by a competitor of Adolph Block’s named Jules Marinier.[5]


Construction
The photographs were reverse colored by hand, then backed with a layer of tissue paper and sandwiched between two double window cardboard mattes. This format of stereoview is known as a "tissue view" or "hold-to-light view" and is similar to modern day slides or transparencies. For added effect, the eyes of the skeletons and various other creatures were pierced and dabbed with colored gelatin, causing their eyes to glow red.[6] The final product was then viewed through a stereoscope which produced a realistic 3D effect.


Meer informatie: Diableries: http://www.londonstereo.com/diableries/





Het genre verdween in het begin van de 20ste eeuw.
Stereofoto's kwamen terug in beeld via de Viewmaster:


View-Master is de merknaam van een systeem voor stereofoto's. Het systeem werd in 1938 uitgevonden door de Amerikaanse Duitser William Gruber en in productie genomen door Sawyer's, een fabriekje in Grubers woonplaats Portland (Oregon)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Bankbiljetten

  https://museum.nbb.be/sites/default/files/2022-08/Onze_biljetten_bestaan...149_jaar.pdf   “Zo kwam de Bank in 1939 terecht bij Jules De Br...