vrijdag 3 april 2020

Doré




Een aantal vrienden en critic hebben vermeld dat JDB een bewonderaar was van de illustraties van Gustave Doré (zoals ook Hellens*). Doré was heel beroemd in Londen. Hij illustreerde heel wat klassieke Engelse literatuur (zoals Lord Byron, Edgar Allan Poe, de Engelse bijbel etc.). Er was zelfs een Doré Gallery in Londen (1874- 1915).

Wat de stad Londen betreft, is het zo dat Doré er een vijftal jaar geregeld verblijft verblijft (drie maanden per jaar) voor het boek A Pilgrimage (Londen: Een bedevaart), met 180 gravures (gepubliceerd in 1872.). Het gaat om een samenwerking tussen de schrijver William Blanchard Jerrold (1826-1884) en Gustave Doré. Een commercieel succes maar slecht ontvangen in de kunstkrtiek die de tekenaar verweet dat hij te veel de armoede in Londen had blootgelegd met de beschuldiging dat hij scènes verzon in plaats van de werkelijkheid af te beelden. Die aandacht voor de armoede in Londen kan JDB aangesproken hebben. En bepaalde illustraties kunnen voor hem een reden geweest zijn om de plekken ook te bezoeken, zoals Ludgate Circus/Hill dat qua perspectief twee gelijkaardige beelden zijn. 


"De Bruycker seems at times to draw inspiration from the picturesque romanticism of Gustave Doré," uit The Studio

Joseph Pennell, Pen drawing

Pennell, Joseph (1920/ 2013), Pen drawing and pen draughtsmen : their work and their methods : a study of the art today with technical suggestions.







Full text of "Pen drawing and pen draughtsmen : their work and their methods : a study of the art today with technical suggestions"

Baertsoen Vlaams


"Tenslotte hebben we het dagboek van Alida Wynanda Sanders van Loo. Zij is een uitgeweken Nederlandse journaliste en vindt België maar niets. Ze supportert dan ook volop voor de Duitsers en heeft een enorme bewondering voor hen. Haar dagboek vormt een neerslag van een persoonlijke oorlog waarin ze het doen en laten van zichzelf en haar omstaanders neerschrijft.Vier getuigen, vier verschillende visies, maar allemaal even bang voor wat gaat komen en allemaal een even groot slachtoffer van deze Grote Oorlog. "


·      thesis van Sylvia Van Peteghem
·       


A.W. Sanders van Loo (1913),
De wereldtentoonstelling te Gent
April-November 1913

Baertsoen (..)
Hij kende echter - o schande! geen Vlaamsch - of liever hij beweerde het niet te kennen, hoewel hij mij een vlaamsclien brief geschreven had. Te zonderlinger schijnt dit, waar Baertsoen in zijn kunst, zoo op en top, zoo geheel en doorkneed vlaamsch is, - om hem juist te kunnen beoordeelen bezoeke men Gent.

Gent is met Neurenberg, Brugge, Florence, Stockholm en Amsterdam een der heel mooie Europeesche steden, en zooals ik zei,
vooral voor den kunstenaar en den archeoloog van het hoogste belang, en vormt o.a. een onvergelijkelijk schoone lijn, langs de St-Baafs, het Belfort, de Lakenhal, de St-Niklaaskerk en langs 't Predikheerenklooster met de St-Michielskerk links, of wel rechts langs de mooie huizen op de Groenmarkt naar 't Gravenkasteel. 't Laatste met het Belfort, in den laatsten tijd op de meest oordeelkundige wijze gerestaureerd. - Gent heeft Baertsoen bezield. Hij kent er van alle hoekjes, straten, kaden en steegjes. Op de tentoonstelling was hij met het prachtige Dooi te Gent, Nacht op het Kanaal, twee gezichten van het kasteel van Laerne (thans met afbraak bedreigd), De Stille wateren van Gent, Avond op de Kaden, enz. - Niet minder door zijn etsen dan door zijn schilderijen is Baertsoen beroemd. Zij hebben een teederfluweelachtigen toets, zooals geen andere Belgische etser die bezit, Brangwyn in Engeland en Bauer in Holland komen hem nabij. Twee der beroemdste zijn zijn etsen van Krom en Recht Boomsloot te Amsterdam. Baertsoen was hier over echter maar slecht te spreken. Hij had vóor vijf uur s' morgens op moeten staan, eer de Joden met hun negocie in de straten waren, anders werd hij op vuile eieren en rotte appelen onthaald!
Op Baertsoen volge mijn oude vriend Edmond Verstraeten, die niets heeft van een Franskiljon, die op en top, van binnen en van buiten is een Vlaming, die met zijn blonden baard en leeuwenmanen iets van een apostel heeft, - de apostel van het licht...

Den 9den Augustus van dit jaar verrijkt met het mooie, door Z.M. den Koning onthulde zitbeeld der Van Eycken. Prachtig komt het lichte groen van het brons uit tegen 't teedere grijs van de kerk en 't groenere groen der slanke boomen. Hieratisch - eenigszins stijf-plechtig, zitten de broeders naast elkaar op een bank. Jan met een groot boek op den schoot, Hubert met zijn palet en ontvangen de bloemenbrengende hulde der volken. Enkele figuren daaronder zijn schoon, hoewel de modellen niet overal ,goed gekozen zijn - vooral de vrouw die tegen Hubert uitlost is goed. Aan de achterzijde staat een engel met een krans, dezelfde die den ingang van de eerezaal in de Belgische afdeeling bewaakte. Op den sokkel zijn in email de wapens aangebracht der verschillende landen, die aan de hulde der Van Eycken hebben deel genomen. Het is een werk van Verbanck, een 32 jarig Gentsch beeldhouwer, die mij welwillend bijgaande afbeelding van zijn monument heeft afgestaan Het is nog niet geheel voltooid, enkel de groep rechts is afgegoten, de linker is nog in plaaster, zooals men hier zegt.


Chabot: Wereldtenoonstelling


Chabot vraagt zich af: “Welke was nu de artistieke verwantschap bij De Bruycker? Onder de meesters van de ets heeft hij vooral Forain, Andres Zorn en Brangwyn bestudeerd. “Hij had  hun grote werken gezien in de tentoonstelling van Gent” (Chabot, p. 115).
 
Over de Wereldtentoonstelling:

Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1913 · dbnl


"In Frankrijk hing al het beste bijeen, (trouwens op de heele tentoonstelling bleek die voorliefde van de Belgen voor Frankrijk?) Daardoor en door de groote massa goed geplaatst, maakte Frankrijk vooral zoo 'n overweldigender indruk. De beste namen waren er: Cottet, de Sidaner, Vuillard, Besnard, met een serie mooie, decoratieve paneelen, Forain, Steinlen, Bonnat, enz.  “

"In England was vooral mooi de inzending van de Sennefelder Club*, de prachte etsen van Frank Brangwyn (niet in de Schoone Kunsten, maar in de Engelsche afdeeling zelf) een paar mooie portretten van the right Hon. Lord Cuthrie van Watt en Phil."

*Senefelder Club - Wikipedia


"The Senefelder Club is an organization formed in London in 1909 to promote the craft of art reproduction by the process of lithography "

Zie verder in het artikel over Baertsoen...

The Studio




The Studio was one of the most respected and influential art journals published in Britain. It was international in its coverage, and contained, long, often well-illustrated, articles on all aspects of the decorative, fine and applied arts. It included contributions from many of the leading art critics of the day, e.g. Aymer Vallance, Walter Crane, Fernand Knopff and A. Lys Baldry. Each issue of The Studio also contained a round-up of the latest art news, reports on recent exhibitions, and book reviews. The Studio played an important role in promoting trends and developments in contemporary art and was largely responsible for establishing the reputations of many artists notably Aubrey Beardsley, James McNeill Whistler, and the artists of the Glasgow School. It was also significant in promoting the Arts and Crafts movement in Britain. The success of The Studio led to the launch of similar journals elsewhere in Europe, including Deutsche Kunst und Dekoration in Germany (founded 1897), and Art et Décoration in France (founded in 1897).





Gustave Doré

JDB zou volgens verschillende critici (tijdgenoten) beïnvloed geweest zijn door Gusatve Doré.






Paul Gustave Doré (1832-1883)





Hij werd geboren in Straatsburg en publiceerde zijn eerste geïllustreerde verhaal op zijn vijftiende. Hij werd een boekenillustrator in Parijs, waar hij onder andere de werken van Rabelais, Balzac en Dante van tekeningen voorzag. In 1853 werd hij gevraagd om de werken van Lord Byron te illustreren. Dit werd gevolgd door ander werk voor Britse uitgevers, waaronder een nieuwe geïllustreerde Engelse Bijbel. Hij illustreerde ook een grote uitgave van The Raven van Edgar Allan Poe. De Engelse Bijbel van Doré (1865) was een groot succes, en in 1867 hield hij een belangrijke tentoonstelling van zijn werk in Londen. Dit leidde tot de stichting van de Doré Gallery in New Bond Street.

In 1869 stelde Blanchard Jerrold, de zoon van Douglas William Jerrold, voor om samen te werken bij het maken van een uitvoerig portret van Londen. Jerrold kwam op dit idee aan de hand van The Microcosm of London die door Rudolph Ackermann, William Pyne en Thomas Rowlandson was gemaakt in 1808.

Doré tekende voor een project van vijf jaar met uitgever Grant & Co, hetgeen betekende dat hij drie maanden per jaar in Londen zou verblijven. Hij kreeg een enorme som geld (£ 10,000 per jaar) voor zijn werk. Het boek London: A Pilgrimage (Londen: Een bedevaart), met 180 gravures, werd gepubliceerd in 1872.

Hoewel dit boek een commercieel succes was, hielden niet veel critici van het werk. Verscheidene critici schenen het vervelend te vinden dat Doré de armoede in Londen blootlegde in zijn werk. Hij werd beschuldigd dat hij scènes verzon in plaats van de werkelijkheid af te beelden.

Londen: A Pilgrimage was een financieel succes en Doré ontving opdrachten van andere Britse uitgevers. Zijn latere werk omvatte Paradise Lost van Milton, Idylls of the King van Alfred Tennyson, The Works of Thomas Hood en de De goddelijke komedie. Zijn werk verscheen ook in Illustrated London News. Doré bleef boeken illustreren tot zijn dood in Parijs in 1883. Hij werd begraven op de begraafplaats Père-Lachaise.




(zie ook o.a. Chabot)



Khnopff
"Verder schrijft Khnopff dat het werk van JDB schatplichtig is aan het “picturesque romanticism of Gustave Doré” en wat zijn focus op architectuur betreft naar Brangwyn. Maar Khnopff schrijft er duidelijk bij dat JDB zijn eigen stijl bewaart".
F.K., ‘Studio-Talk Brussels’. The Studio, 62, 254 (June 1914), 72-75.











 Gustave Doré, A Street in Whitechapel, from 'London, a Pilgrimage' by William Blanchard Jerrold, 1872 :







woensdag 1 april 2020

Arthur Rackham

 Als JDB in Londen aangekomen is, dan schrijft Van Herreweghe( 1915): "Tâchez de vori Rackham" (Huys 17). 



Arthur Rackham (1867 -1939) was een Engelse tekenaar, schilder en illustrator van boeken.
(bvb Dickens, Charles Lambs' Shakespeare voor kinderen etc.)


Arthur Rackham; Charles Dickens - A Christmas Carol - 1915 - Catawiki


<Tâchez de voir Rackham*”>. 

VERWEY, Albert - Britsche balladen. Geïllustreerd door Arthur Rackham. Vertaling van
Albert Verwey. Amsterdam, Van Holkema & Warendorf, (1920), 4to, halflederen uitgeversband met goudopdruk, gekl. plaat gekleefd op voorplat, achterplat versierd in blinddruk met centraal drukkersmerk eveneens in blinddruk, gladde vergulde rug, onafgesneden, [10]-199-[1 bl.] pp. Zeer goed ex. € 120/180
Vertaling van “Some British ballads” (1919). Geïllustreerd met 16 platen in kleur (incl. 1 op
omslag). Titelvignet en talrijke vignetten in de tekst. Oplage van 550 genum. ex. (n. 247). Ref. KB Den Haag (17 pl.).
Bijgevoegd: Wagner, R. - De Walkure. Eerste dag van de trilogie De Ring van den Neveling.
Metrische vertaling van Willem Kloos. Illustraties van Arthur Rackham. Amst., Van Holkema & Warendorf, 1911, 4to, lederen uitgeversband met uitgebreide goudopdruk, achterplat versierd met blinddruk en centraal drukkersmerk eveneens in blinddruk, mooi versierde vergulde rug,
sierpapieren schutbladen, onafgesneden ex. op handgeschept papier, étui, 97-[3 bl.] pp. (enkele marg. roestvlekjes). Mooi ex. Met 17 fraaie gekleurde platen van Arthur Rackham. Zwart/wit tekstillustraties. Rode grenslijnen. Beperkte genum. oplage (nr. 208). Ex libris op schutblad Van Benthem & Jutting. (2 vol.)

 

 








Broodzakken

  Op de broodzakken bij een 100-tal bakkers in het Gentse prijkt vanaf morgen een reproductie van een werk van Jules De Bruycker en een QR-c...